Direct naar de content

Noodfonds voor Rotterdamse culturele en sportsector

Het college van B&W stelt een noodfonds van bijna 15 miljoen euro ter beschikking voor culturele instellingen en sportaccommodaties die dreigen om te vallen als gevolg van de beperkende maatregelen door de corona-crisis. Daarmee krijgen deze organisaties ademruimte tot in ieder geval 1 september 2020. Organisaties die in aanmerking komen voor het noodfonds kunnen vanaf begin juli een aanvraag indienen via de website www.rotterdam.nl.

De beperkingen die nu voor veel instellingen gelden (zoals beperking van de publiekscapaciteit en de anderhalvemeter-maatregelen) leiden ertoe dat zij maar een klein deel van hun eigen inkomsten kunnen realiseren. Ondanks de maatregelen die deze sectoren zelf hebben genomen en de maatregelen van het Rijk, heeft het college besloten de twee sectoren extra te ondersteunen via dit noodfonds. Het gaat om steun voor bedrijfsvoering, zoals lopende kosten voor bijvoorbeeld personeel of huisvesting.

Sport
Bijna 5 miljoen wordt gereserveerd voor de sportsector. De investering is erop gericht om de basisinfrastructuur van de sportaccommodaties, waaronder zwembaden, sporthallen, gymzalen en sportvelden, in stand te houden. Voor de noodsteun komen vier exploitanten in aanmerking: Sportbedrijf Rotterdam, Sportfondsen Rotterdam, Optisport Het Alexanderhof en Topsportcentrum Rotterdam.

Wethouder De Langen: “Ik ben heel blij dat we dit noodfonds op korte termijn kunnen realiseren. Het is pure noodzaak voor deze vier exploitanten om de maanden tot 1 september te kunnen overbruggen. Zij hebben nu te maken met een forse inkomstenderving en kunnen slechts beperkt gebruik maken van landelijke regelingen. Deze investering is daarom broodnodig en biedt naar verwachting voldoende ruimte om de continuïteit van deze partijen te borgen. Dat is cruciaal voor het behoud van onze sportinfrastructuur!”

Het bedrag voor sport binnen het noodfonds komt bovenop de eerder getroffen maatregelen voor de sector, zoals het uitstellen van (huur)vorderingen, het vervroegen van subsidiebetalingen en het steunfonds voor vitale sportverenigingen van ruim 260.000 euro.

Cultuur
Voor cultuur wordt ruim 10 miljoen gereserveerd. Het geld is aanvullend op de maatregelen die het Rijk heeft genomen en geldt voor instellingen die in aanmerking komen voor Rijkssteun, die via het cultuurplan al een subsidierelatie hebben met de gemeente én door de RRKC (Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur) van waarde worden gezien voor de komende cultuurplanperiode (2021 – 2024). Eerder werden al maatregelen genomen om de pijn in de culturele sector te verzachten, waaronder bevoorschotting van subsidies en coulance rondom prestatieafspraken.

Wethouder Said Kasmi (Onderwijs, Cultuur & Toerisme): “Sommige culturele instellingen staat het water aan de lippen. Die instellingen moeten we helpen, want ons culturele fundament kunnen we niet missen. Kunst, cultuur en erfgoed maken Rotterdam levendig, veerkrachtig en uitnodigend. Het maakt de stad aantrekkelijk om te wonen en te werken. Én het zorgt voor inspiratie en ontmoeting. Dat moeten we koesteren, juist nu. Ik ben daarom blij dat dit noodfonds er is.”

Structurele maatregelen
Het noodfonds helpt om de eerste impact van de coronacrisis te beperken, maar is geen structurele maatregel. Het college heeft ervoor gekozen om eerst proactief noodhulp te verstrekken voor de korte termijn. Na 1 september vindt opnieuw een evaluatie en inventarisatie plaats over de impact van de crisis op de toekomst van beide sectoren. Op basis daarvan is het college voornemens om meer structurele maatregelen voor de (midden)lange termijn te treffen.