Direct naar de content

Cultuurplan 2021-2024: meer cultuur voor Rotterdammers

In het gloednieuwe Theater Zuidplein presenteerde wethouder Said Kasmi (Onderwijs, Cultuur & Toerisme) vanmiddag het Cultuurplan 2021-2024. In grote lijnen neemt het college het advies van de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur over. In de komende vier jaar krijgen 94 culturele instellingen subsidie. Twintig instellingen zijn nieuw op de lijst en veertien groeien door. Het culturele aanbod in Rotterdam wordt met het nieuwe Cultuurplan breder en meer divers.

Wethouder Kasmi is enthousiast. “Hoewel het onzekere en pijnlijke tijden zijn voor de culturele sector, kijken we vooruit. Ik ben trots op dit veelzijdige Cultuurplan, want Rotterdammers hebben straks meer te kiezen als het om cultuur gaat. Met maar liefst twintig nieuwkomers maken we bovendien ruimte voor jong, aanstormend talent. Dit Cultuurplan is een grote stap naar meer cultuur voor alle Rotterdammers.”

Nieuwkomers en doorgroeiers
Nieuwkomers zijn onder meer Spraakuhloos, het nieuwe veelbelovende spoken word collectief en Club Gewalt, een nieuwkomer op het gebied van muziek en performance. Ook de Rotterdamse Dakendagen en Office for Metropolitan Information (OMI) worden opgenomen in het Cultuurplan om het architectonische klimaat in de stad verder te versterken. De veertien doorgroeiers hebben bewezen van toegevoegde waarde te zijn voor de stad en kunnen zich verder ontwikkelen. Het gaat onder meer om Studio de Bakkerij, de culturele huiskamer in Rotterdam-Noord en Verhalenhuis Belvédère dat al jarenlang persoonlijke verhalen centraal stelt.

Investeringen & eerlijke beloning
Met het Cultuurplan wordt in totaal € 85 miljoen per jaar verdeeld over culturele instellingen: ruim € 40 miljoen voor instellingen in het Cultuurplan en € 45 miljoen voor instellingen in de Rotterdamse Culturele Basis. Daarnaast trekt het college 28 miljoen euro extra uit voor de periode 2021-2024. Dat geld komt onder meer ten goede aan het Cultuurplan en aan eerlijke beloning van medewerkers en freelancers in de sector. Met dat laatste loopt Rotterdam als een van de grootste gemeenten in Nederland voorop. Wethouder Kasmi: “Eerlijke beloning in de sector is nog geen vanzelfsprekendheid. We geven nu een grote impuls en roepen daarmee de culturele sector op om hier verantwoordelijkheid in te nemen.”

Museum Rotterdam
Museum Rotterdam moet de komende jaren de omslag maken naar het stadsmuseum van de toekomst. Het museum houdt in de huidige vorm op te bestaan. Voor die omslag reserveert het college geld binnen het Cultuurplan. Naar verwachting kan het nieuwe stadsmuseum op een nieuwe locatie in de volgende cultuurplanperiode de deuren openen. De locatie ‘40-‘45 NU aan de Coolhaven, onderdeel van Museum Rotterdam, blijft geopend om het verhaal van Rotterdam in de Tweede Wereldoorlog blijvend te vertellen.

Inclusiviteit, innovatie en interconnectiviteit
Rotterdam streeft naar een meer inclusieve, innovatieve en samenwerkende culturele sector. Op het gebied van inclusiviteit is nog een inhaalslag te maken. Wethouder Kasmi: “Voor een stad die zó trots is op zijn diversiteit zouden we koploper moeten zijn op het gebied van inclusiviteit. En hoewel het steeds beter wordt, vragen we daadkracht van de sector in programmering, publiek en personeel om meer inclusief te zijn. Dat gaat niet alleen om kleur, maar ook om sekse, gender en handicap.” Er wordt hard gewerkt aan innovatie en interconnectiviteit (samenwerking tussen instellingen). Wel is het college van mening dat de grote Rotterdamse culturele instellingen daar nóg meer een voorhoedepositie in kunnen spelen.