Gemeente Rotterdam steunt Diergaarde Blijdorp met lening van 10 miljoen euro
Het College van B&W is voornemens Diergaarde Blijdorp een lening van 10 miljoen euro te verstrekken. Door de grote financiële gevolgen van de coronacrisis heeft de diergaarde acute hulp nodig om een faillissement te voorkomen. Dat is van groot belang, omdat Diergaarde Blijdorp een plek van de stad is, die meerdere belangrijke maatschappelijke functies verenigt.
Diergaarde Blijdorp is, dankzij haar vele unieke dieren, planten en monumenten, een enorme publiekstrekker, waar toeristen en vele Rotterdammers in groten getale van genieten. De plek is verbonden aan een fijne jeugdervaring en het doorgeven van liefde voor de natuur. Bovendien vervult Diergaarde Blijdorp een belangrijke rol in het aantrekkelijk houden van de stad. Het is een groene oase in de stad, met een belangrijke missie op het gebied van natuurbehoud.
Uiteraard is bij de besluitvorming over de lening ook het dierenwelzijn van het grootste belang. Als Diergaarde Blijdorp sluit, kan het overgrote deel van de dieren naar verwachting niet naar andere dierentuinen, omdat deze zonder uitzondering, nationaal en internationaal, in eenzelfde situatie verkeren. Een faillissement van Blijdorp zou de meer dan 80 internationale onderzoeks- en fokprogramma’s, waar Diergaarde Blijdorp een cruciale rol in speelt, ook ernstig ontwrichten.
Wethouder Wijbenga; ‘Het belang van Diergaarde Blijdorp voor de stad is groot. Niet alleen Rotterdammers maar ook vele bezoekers van buiten de stad, komen er graag. Deze prachtige plek moeten we helpen in stand te houden.’
De gevolgen van de coronacrisis voor Diergaarde Blijdorp
De omzet van Diergaarde Blijdorp is voor het allergrootste deel afhankelijk van bezoekersaantallen. De entreegelden, parkeeropbrengsten, horeca- en retailverdiensten hangen hier allemaal nauw mee samen. De omzet wordt normaliter tussen april en oktober gemaakt. Dan wordt het geld verdiend om de wintermaanden door te komen en te investeren in onderhoud. Toen vanaf midden maart de Diergaarde voor het eerste sinds de Tweede Wereldoorlog moest sluiten, leidde dit tot een omzetverlies van meer dan 90%. Vanaf 20 mei is Diergaarde Blijdorp weer geopend voor bezoek, echter met inachtneming van alle corona-voorzorgsmaatregelen en met een beperkt aantal bezoekers om te drukte te vermijden. Diergaarde Blijdorp heeft zoveel als mogelijk gebruik gemaakt van steunmaatregelen van het Rijk en heeft waar dat maar enigszins kon in de uitgaven gesneden, onderhoud tot een minimum beperkt en investeringen stopgezet. Ook heeft de Diergaarde haar fans, de vereniging Vrienden van Blijdorp en diverse zakelijke relaties maximaal aangespoord bij te dragen, via de ‘Ik ben een Blijdorpert’-campagne.
Toch is deze lening nodig om het hoofd boven water te houden. Directeur Erik Zevenbergen: ‘Diergaarde Blijdorp waardeert de steun die wij, in woord en daad, in deze bijzondere tijd krijgen van de Gemeente Rotterdam op alle niveaus. Er zijn duidelijk niet alleen veel echte Blijdorperts in de stad, maar ook in het stadhuis. Met deze steun wenden wij een faillissement af. We krijgen de financiële ademruimte om de coronacrisis en haar gevolgen nu het hoofd te bieden. De steun schept voor ons de verplichting om de aangekondigde reorganisatie door te voeren, om zo weer een gezonde bedrijfsvoering te krijgen en deze lening terug te kunnen betalen.’
Voorwaarden aan de lening
Wethouder van Gils: ‘Het college ziet in dat deze steun voor Blijdorp noodzakelijk is. We zijn dan ook blij dat we als gemeente deze mogelijkheid kunnen bieden.’ Na goedkeuring van de raad zal de lening in twee keer verstrekt worden. Begin november 2020 ontvangt Diergaarde Blijdorp een voorschot op de lening van 4 miljoen euro. In januari 2021 zal de overige 6 miljoen euro verstrekt worden. Zodra Diergaarde Blijdorp, door additionele steun van de overheid of via andere financiers, meer financiële ruimte krijgt, wordt de lening versneld afgelost. Daarnaast moet Diergaarde Blijdorp een herstructurering in de organisatie doorvoeren om haar vaste kosten te verlagen en de organisatie beter te kunnen laten meeademen met de bezoekersaantallen.