Rotterdam: Miljardenverspilling voorkomen door nieuwe norm voor gemeentelijke bruggen
Kleine stadsbrug moet door Europese regels voldoen aan Moerdijkbrugnorm
Dankzij een rigide vertaling van nieuwe Europese regelgeving in Nederland moeten alle 10.000 gemeentelijke bruggen bestand zijn tegen aan de hoogste verkeersbelasting op rijkswegen terwijl ze binnen de stad juist een vele malen lagere belasting kennen. Bij de vertaling van de Europese regels heeft de zwaarst belaste brug in Nederland model gestaan voor hoe stevig een veilige brug moet zijn: de Moerdijkbrug. Kapitaalvernietiging, vinden Rotterdamse deskundigen.
Maatwerk
Wethouder Joost Eerdmans (Buitenruimte) is duidelijk: “Hier dreigt een gigantische geldverspilling. Landelijk beslaat het een kapitaalvernietiging van zo’n vijf miljard euro. Alleen al voor Rotterdam gaat het voor de komende jaren om honderden miljoenen euro’s weggegooid geld. Voor mij reden om bij minister Plasterk aan te dringen op een nieuwe Nederlandse norm voor stadsbruggen, waarbij uiteraard de veiligheid van de weggebruikers niet in het geding komt." In Rotterdam zijn 253 stadsbruggen van klasse-30 en klasse-45. Al deze bruggen over een kam scheren is niet logisch. State of the art rekentechnieken van wetenschappelijke instellingen laten bovendien zien dat de huidige materialen veel sterker zijn dan waarmee nu wordt gerekend. Rotterdam pleit daarom voor maatwerk.
Landelijke norm, landelijke kosten
De huidige regelgeving is met de introductie van het Bouwbesluit 2012 in werking getreden en is het gevolg van de landelijke vertaling van de NEN-EN-1990 de zgn. Eurocodes door de Rijksoverheid. Rotterdam maakt zich daarom samen met TNO, Rijkswaterstaat, provincies en andere grote gemeenten hard voor betere richtlijnen. De wet biedt gemeenten deze ruimte. Maar om tot eenduidige normen te komen, is onderzoek nodig. Niet voor elke brug, maar voor een representatieve doorsnede van de wegen zal een grote hoeveelheid metingen moeten worden verricht. Door de hoge kosten en de benodigde kennis en apparatuur kan zo’n programma nooit door decentrale overheden alleen worden opgezet. Eerdmans: “Rotterdam pleit voor een landelijk onderzoeksprogramma om te komen tot een passende landelijke norm voor stadsbruggen. Hiervoor is financiële ondersteuning van het Rijk op zijn plaats. Inhet belang van de Rotterdammer willen we een structurele en veilige oplossing. Onze beheerders moeten hun bruggen kunnen beoordelen op basis van objectieve, eenduidige normen."
Onderzoek minister
Stef Blok, voormalig Minister van Wonen en Rijksdienst, heeft een verkennend onderzoek laten uitvoeren naar de toepassing van de bouwregelgeving bij de beoordeling van stadsbruggen door gemeenten. De resultaten die onlangs werden gepubliceerd, onderschrijven de problemen waarvoor Rotterdam op meerdere platforms aandacht heeft gevraagd. Blok waardeerde de zorgvuldige aanpak van Rotterdam en andere decentrale overheden om te komen tot een beter landelijk toetsingskader en vindt ondersteuning hiervan door de Rijksoverheid op zijn plaats. Het Rijk heeft vooralsnog alleen ondersteuning in de vorm van expertise toegezegd.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Claudia Verhulp, bestuursvoorlichter wethouder Eerdmans, 06-51 26 63 15 of c.verhulp@rotterdam.nl